Ik eet graag soep. Eigenlijk is mijn maaltijd pas echt compleet wanneer ik ook soep eet. Ik eet liever een maaltijdsoep dan alleen een hofdgerecht.
Tot een paar jaar geleden gingen er standaard een paar bouillonblokjes in de soep. Dat is nu verleden tijd. In deze blog leg ik je uit waarom een bouillonblokje niet past binnen onze pure en onbewerkte koolhydraatarme en vetrijke leefstijl. En wat je als alternatief kunt gebruiken.
Niets gezonds in een bouillonblokje
Tsja, zo gezien is het eigenlijk al duidelijk. Een bouillonblokje is sterk bewerkt en past dus per definitie niet bij puur en onbewerkt eten. De werkelijke reden is dat er eigenlijk niets gezonds in zit. Wat er dan wel in zit, laat zich denk ik wel raden. Bij ons in huis komt het er daarom niet meer in.
Kijk zelf maar eens op de ingrediëntenlijst van een bouillonblokje. Je zult zien dat er bar weinig kruiden inzitten. Veel meer dan zout, suiker en (ongezonde!) smaakversterkers is het niet. Dat kan echt beter!
Niets òngezonds in bottenbouillon
Het tegengestelde geldt voor bottenbouillon. Een heleboel gezonds en niets ongezonds in te bekennen. Over bottenbouillon valt een heleboel te zeggen.
Dat deed ik dan ook in mijn eerdere blog ‘Bottenbouillon als trendy gezondheidsdrankje‘. De gezondheidsvoordelen van bottenbouillon zijn ongeëvenaard. Het is één van de gezondste dingen die we toe kunnen voegen aan onze leefwijze. Naast gefermenteerd voedsel, orgaan vlees en ons vertrouwde eitje.
In veel van m’n recepten gebruik ik daarom bottenbouillon in plaats van bouillonblokjes. Het is niet alleen supergezond, maar geeft ook een lekker krachtige smaak aan een soep of saus. Hoe je het eenvoudig zelf maakt lees je in de blog ‘Hoe maak je bottenbouillon?‘
Voorraadje
Ik heb daarom vrijwel altijd een voorraadje bottenbouillon in de vriezer liggen. Die bewaar ik in bakjes van een halve liter. Ik laat ze op tijd ontdooien en gebruik ze dan in een soep. Of je kunt de bouillon zó drinken. Eventueel met wat extra zeezout en kruiden op smaak gemaakt. Je kunt de bouillon ook verder laten indikken en ze dan in kleinere porties invriezen. Maak er bijvoorbeeld ijsblokjes van. Dan kun je kleine porties toevoegen aan een saus.
Je kunt de bottenbouillon ook in glazen flessen of potten doen en inmaken. Sluit daarvoor de afgesloten flessen of potten met bijbehorende deksels, ringen en/of klemmen en weck deze 30 minuten bij 90 graden in een weckpan met water. [1, 2, 3].
Kip nodig? Maak meteen bottenbouillon!
Ik maak ook bottenbouillon wanneer ik een keer gare kip nodig heb. Bijvoorbeeld voor in een salade of een soep.
In plaats van de standaard kipfilet gebruiken wij dan kippenpoten met vel. Het vlees is zó gaar en veel malser dan van een kippenborst. En niet te vergeten: het is ook gezonder omdat het meer vet bevat dan een kipfilet.
De botten en het vel doen we terug in de pan en laten het daarna nog een tijd trekken. Met wat appelciderazijn erbij om de mineralen nog beter uit de botten te onttrekken. Je krijgt dan een heerlijk geurige en smakelijke bottenbouillon.
Hèlp, m’n bottenbouillon is op!
Heb je geen zelfgemaakte bottenbouillon, val dan alsjeblieft niet terug op een bouillonblokje. Véél gezonder is het om dan Keltisch zeezout en verse en/of gedroogde kruiden te gebruiken, zoals peper, nootmuskaat, kerrie en/of kurkuma. Of wat je maar wilt.
Kijk bij kruidenmengsels alleen wel goed op het etiket voor ongewenste toevoegingen. Gebruik kruidenmengsels zonder zout. Je kunt echt veel beter je zout zelf toevoegen. Kies dan voor gezond zeezout. Bijvoorbeeld Keltische zeezout of het roze Himalayazout.
Bronnen
[1] Wecken Wikipedia-pagina over inwecken.
[2] Wecken zo moet het In deze blog legt Maike van ‘Kook gewoon – hap voor stap gezond(er) eten’ uit hoe je in een gewone pan op het vuur kunt inwecken.
[3] Bottenbouillon Recept en methode voor inwecken op de website van LandLeven. Hierin wordt de bottenbouillon wel erg kort getrokken, maar dat kun je eenvoudig zelf aanpassen.